Er gaat een schok door Amerika. De aanslag op Donald Trump tijdens een campagnebijeenkomst in Pennsylvania toont aan dat politiek geweld nooit ver weg is in Amerika. In een land dat zo politiek verdeeld is, hoeft er maar één persoon met een geweer op te staan om chaos te veroorzaken. De politieke polarisatie zorgt ervoor dat geweld helaas vaak een rol lijkt te spelen.

Trump heeft de aanslag op zijn leven overleefd. Hij werd in zijn rechteroor geraakt, maar lijkt er waarschijnlijk niets ernstigs aan over te houden.
Politiek geweld mag nooit worden goedgekeurd, ongeacht je standpunt ten opzichte van Trump. Geweld tegen een politicus moet altijd worden veroordeeld. Politieke meningsverschillen horen met woorden en argumenten te worden beslecht, nooit met geweld.
Het klinkt paradoxaal, maar de aanslag op Trump, die hij gelukkig heeft overleefd, komt als een geschenk voor rechts Amerika. De Republikeinen en rechtse media zullen beweren dat links Amerika achter de aanslag zit en dat men Trump het zwijgen wilde opleggen. Ze zullen hem neerzetten als de grote leider en martelaar die Amerika weer groot gaat maken.
De Republikeinen zullen de aanslag op Trump politiek uitbuiten. Ze zullen hem afschilderen als de man die zich niet door geweld laat intimideren. Hij wordt gepresenteerd als de redder van Amerika, bereid zijn leven op het spel te zetten. Rechtse media zullen superlatieven tekort komen om Trump te prijzen.
De aanslag zal ervoor zorgen dat de populariteit van Trump enorm stijgt. Toen president Ronald Reagan in 1981 werd neergeschoten, schoot zijn populariteit ook omhoog. Met nog enkele maanden tot de verkiezingen en de Republikeinse conventie kan de aanslag een beslissend moment worden. Deze tragische gebeurtenis zou zomaar kunnen zorgen dat Trump de verkiezingen wint.
