In aanloop naar de herdenking van de aanslagen van 11 september 2001 is er in veel verschillende media veel gezegd en geschreven over wat de impact op Amerika en de wereld is geweest de afgelopen 20 jaar. De twintigste herdenking markeert ook het einde van de oorlog in Afghanistan. De oorlog waarvan 9/11 de aanleiding voor was.
Er wordt nu, misschien wel meer dan in andere jaren, gekeken wat de War on Terror, die niet alleen zorgde voor de oorlog in Afghanistan, maar ook in Irak, heeft opgeleverd. De oorlog tegen het terrorisme is nog niet voorbij. Met terugtrekking van de Amerikanen uit Afghanistan gaat de oorlog tegen terrorisme door, maar alleen om een andere manier. Amerika zal nog steeds drone aanvallen uitvoeren om terroristen en terroristische doelen. Maar een grootscheepse grondoorlog zal Amerika, zeker na de chaotische terugtrekking uit Afghanistan, niet meer beginnen. Vanaf het begin van de oorlog was er geen duidelijk plan of een exit strategie. Daar moet men lessen uit trekken.
Maar 20 jaar na de aanslagen, die het zelfbeeld van Amerika voorgoed veranderde, is het duidelijk dat er een Amerika was vóór 11 september en een Amerika na de aanslagen op de Twin Towers en het Pentagon. Dat heeft niet alleen met de oorlogen in Afghanistan en Irak te maken, maar ook met de slachtoffers die er ook 20 jaar na die vreselijke dag nog zijn te betreuren.
In beide oorlogen zijn veel Amerikaanse militairen gesneuveld. Veel zijn gewond geraakt, nog eens veel veteranen hebben psychische problemen aan de oorlog overgehouden. Daarnaast zijn er de nabestaanden van mensen die zijn omgekomen bij de aanslagen die elke dag het gemis van dierbaren en familieleden voelen. Daarnaast zijn er veel mensen die de aanslagen wel hebben overleefd, maar die kampen met psychische en lichamelijke klachten. Door de instorting van de Twin Towers kwamen veel giftige stoffen vrij en zijn mensen ziek geworden. Het gaat dan niet alleen om reddingswerkers, zoals brandweermannen en politieagenten, maar ook mensen die op het moment van de ineenstorting van de torens in de buurt waren. Ook na 20 jaar zijn de wonden van de terroristische aanslagen nog steeds voelbaar en zichtbaar.
Na de aanslagen van 11 september verenigde Amerika zich. Amerika vormde een hechte eenheid. Soms kunnen heftige gebeurtenissen en rampen zorgen voor een groot saamhorigheidsgevoel. Dat gebeurde ook na 9/11. Maar van die eenheid is weinig meer over. President Joe Biden deed in een videoboodschap aan de vooravond van de herdenking van 9/11 een oproep aan die eenheid.
Want de aanslagen van 11 september 2001 bracht Amerika samen en nu 20 jaar later heeft iedereen direct of indirect een band met die dag. Dat kan een omgekomen vader of broer zijn die in Afghanistan of Irak is gedood of een oom die PTSS heeft of een zwager die als brandweerman lichamelijke klachten heeft.
Amerika zal de aanslagen van 11 september 2001 elk jaar herdenken en de verhalen van de mensen die dierbaren hebben verloren zullen en moeten ook elk jaar verteld worden. Maar Amerika moet, ook nu de oorlog die volgde als reactie op 9/11 voorbij is, zich afvragen wat Amerika is opgeschoten na 20 jaar oorlog tegen het terrorisme. Was een militaire actie de enige optie? De Taliban hebben Afghanistan weer in handen en de pijnlijke vraag die Amerika zich moet stellen is of men terug bij af is. Is er na 20 jaar echt een verschil gemaakt?
Het is te hopen dat Amerika bij elke herdenking van 9/11 niet alleen de overlevenden herdenkt en zich ontfermt over de andere ‘slachtoffers’, maar ook de politieke besluiten en acties ‘herdenkt’ en daar hoop voor de toekomst uit put. Hoewel de aanslagen van 11 september van 2001 altijd een wond zal blijven moet de politiek er niet snel pleisters op willen plakken en punten willen scoren over de rug van de slachtoffers.
Maar in Amerika is alles politiek en ook de herdenking van 9/11 dreigt dat de worden. En dat is slechte zaak. Amerika zal weer op zoek moeten naar die eenheid en saamhorigheid, maar misschien is dat een naïeve gedachte.