De winst bij de gouverneursverkiezingen in Virginia en New Jersey zijn een opsteker voor de Democraten. Ook de herverkiezing van de Democratische burgemeester van New York en de winst op regionaal en lokaal niveau is goed nieuws voor de Democraten. Vaak zijn zulke plaatselijke tussentijdse verkiezingen een indicatie hoe de landelijke midterms, die plaats vinden in 2018, zullen verlopen. Maar met de uitslag in Virginia en New Jersey, over het algemeen blauwe staten, moeten de Democraten zich vooral niet rijk rekenen.
De winst bij de verkiezingen ligt niet zo zeer aan het feit dat de Democraten een duidelijk en goed verhaal hadden. De winst komt vooral door de opkomst en het anti-Trump sentiment. De stem van de kiezer om op de Democratische kandidaten te stemmen was vooral een anti-Trump stem. Daarnaast bleven kiezers die vorig jaar op Trump stemde veelal thuis. De winst is te verklaren door de lage opkomst van Trump stemmers, maar dat de Democraat Ralph Northam in Virginia won met ruim 54 procent moet de Democraten moed geven.
De Democraten kraaien nu victorie en kijken nu naar 2018. Ze zijn er van overtuigd dat ze een groot deel van het Huis van Afgevaardigden kunnen terug winnen en misschien pakken ze wel de meerderheid in de Senaat. Dat zou voor Trump en de Republikeinen een ramp zijn. Dan zal geen enkele drastisch plan of hervorming van Trump het halen. De Democraten zullen dat blokkeren.
Maar willen de Democraten echt succes boeken dan zal er toch veel moeten veranderen. Binnen de partij vindt een hevig gevecht plaats over de koers van de partij. De meer linkse Democraten onder leiding van Bernie Sanders willen een veel liberale koers varen dan de Pelosi/Schumer-tak die een meer centralistische koers wil. Die machtsstrijd zorgt voor een verscheurde partij en dit dient eerst te worden opgelost. Door de verdeeldheid in de partij is er geen duidelijke strategie en visie. Er is geen eenduidige boodschap die de kiezer weer aan de Democratische partij kan binden. Tot nu is de Democratische partij vooral de anti-Trump partij en dat is een veel te smalle basis op campagne op te voeren.
Daarnaast heeft de oude garde veel te veel invloed in de partij. Joe Biden laat de mogelijkheid open dat hij in 2020 aan de presidentsverkiezingen gaat mee doen. Personen als Elizabeth Warren, Nancy Pelosi en Chuck Schumer en de Clintons moet plaats maken voor een nieuwe jonge generatie. De partij heeft een weer een charismatische leider zoals Barack Obama nodig. Veel jonge getalenteerde Democratische politici staan te trappelen, maar worden nu door de oude garde en het partij establishment tegen gehouden. Senatoren zoals Kamala Harris en Kirsten Gillibrand zouden wel eens in 2020 een poging kunnen doen om de Democratische presidentsnominatie te winnen. De les die de Democraten van de verkiezingen van 2016 moet leren is dat oude establishment politiek niet meer werkt en door de kiezer wordt afgestraft.
De lokale winsten in Virginia en New Jersey kunnen de aanzet zijn om aan een heldere duidelijke boodschap te werken. Dan maken de Democraten kans om tijdens de Congres verkiezingen in 2018 succes te boeken. Er is dus werk aan de winkel. Er zijn nog genoeg problemen die moeten worden opgelost.